Impressie van de workshop “Wat maakt een Raad van Toezicht tot een goede Raad van Toezicht”
Korte impressie van de workshop “Wat maakt een Raad van Toezicht tot een goede Raad van Toezicht”, georganiseerd door de Stichting CATO en de Veghte op 23 oktober 2015 ten kantore van de Veghte. Na een welgemeend welkom door de gastheer, Bert Blankesteijn/de Veghte geeft Christel Deckers een korte presentatie over de Stichting CATO. Het motto “Goede zorg verdient goed toezicht!” wordt nader uitgelegd en er wordt een flyer uitgereikt met gegevens over CATO.
Vervolgens worden de elf aanwezige deelnemers uitgenodigd de gepresenteerde zeven stellingen van stickertjes te voorzien. Een ieder krijgt drie stickertje om zijn interesse en voorkeur kenbaar te maken. De stellingen luidden (tussen haakjes het aantal stemmen per stelling):
- de kwaliteit van een rvt is omgekeerd evenredig aan het aantal commissies dat ze heeft. (2)
- een rvt dient uit maximaal drie leden te bestaan. (0)
- wie houdt toezicht op de toezichthouder? (9)
- de igz moet rechtstreeks met de rvt kunnen overleggen. (0)
- éérst controle, dan vertrouwen. (9)
- als rvt-lid moet ik mij regelmatig in de organisatie laten zien. (5)
- er zou meer tijd en aandacht besteed moeten worden aan zelfevaluatie (ook individueel) binnen de rvt. (7)
Over de stellingen vond een zeer levendige discussie plaats tussen alle aanwezigen. Een aantal punten werd vrij algemeen gedeeld. In willekeurige volgorde:
- Een RvT dient beslist niet te groot te zijn, vijf personen lijkt optimaal.
- Vastgoeddeskundigheid behoeft niet persé geborgd te zijn binnen de RvT, maar deze dient wel zeker te zijn van een goede borging binnen/door de RvB.
- RvT-leden dienen zich ook individueel goed te verdiepen in het wel en wee binnen de organisatie (met medeweten van de bestuurder).
- Overleg met stakeholders is van groot belang, ook voor/door de RvT.
- Wederzijds vertrouwen tussen Rvt en RvB is de cruciale factor in het goed functioneren van beiden.
- Bewaken en verbeteren van de kwaliteit van de RvT verdient continue aandacht.
- Zelfevaluatie (al dan niet in aanwezigheid van de bestuurder) moet structureel en regelmatig plaatsvinden. Als voorbeelden werden genoemd:
– een viertal RvT-vergadering laten bijwonen door een externe deskundige die adviseert over vorm en inhoud;
– het “spelen” van een crisis (onder externe begeleiding) door een RvT;
– met de RvT “op de hei” een aantal rollenspellen met professionele acteurs.
. Het traditionele opstellen van meerjarenbeleidsplannen blijkt passé; andere vormen en mogelijkheden passeerden de revue.
Na de soms diepgaande en persoonlijke discussies bleek aan het einde van de workshop dat met name aan stelling 3 vrijwel geen aandacht besteed was; wie houdt toezicht op de toezichthouder?
Dit biedt een mooie basis voor een mogelijke vervolgbijeenkomst!
Na vriendelijke dankwoorden over en weer werd geanimeerd nagepraat bij de boekentafels en de borrel.
Stichting CATO en de Veghte kunnen met alle deelnemers terugzien op een inspirerende vrijdagmiddag.